Icon Arrow Icon Arrow back Icon Quote Icon Close Icon Enlarge Icon Calendar Icon Currency Icon Clock Icon Location Icon List Icon Shield Icon Chevron Icon Attachment Icon Download star icon-hat icon-tools
Training Werknemers

Stap 3.1: Principe 1 - het Goede Gesprek gaat uit van een gelijkwaardige dialoog

De begrippen gelijkheid en gelijkwaardigheid worden nogal eens door elkaar gebruikt. Bij gelijkheid gaat het erom dat iedereen op eenzelfde manier benaderd en behandeld wordt. Ook als het gevolg daarvan voor de een heel gunstig is en voor de ander helemaal niet. Of als de een zich wel ontwikkelt op een manier die past en de ander helemaal niet. Is dit wel rechtvaardig? Gelijkwaardigheid gaat juist om een misschien wel ongelijkwaardige behandeling en benadering, maar wel eentje die rechtvaardig is.

Gelijkwaardigheid in de dialoog tussen medewerker en leidinggevende is de basis van het Goede Gesprek. Er is geen sprake van gelijkheid in functie, verantwoordelijkheden en als het gaat over sommige belangen. Wél is er sprake van gelijkwaardigheid van mens tot mens. We zijn allemaal verschillend. Wat werkt voor een ander, hoeft niet voor jou te werken. 

Gelijkheid vs gelijkwaardigheid

In een gelijkwaardige dialoog is er ruimte voor ieders inbreng. De gesprekspartners zijn nieuwsgierig naar wat de ander te zeggen heeft en verwonderen zich regelmatig zonder oordeel. Zodra je gaat oordelen, verlies je de verbinding met de ander. Je bent nieuwsgierig naar het perspectief van de ander en probeert dit te begrijpen. Je deelt je eigen overwegingen en vraagt naar die van de ander. Door te delen en te benoemen blijf je uit de valkuil van oordelen. En let maar eens op: een dergelijk gesprek levert je energie op!

Gesprekken worden zo ontmoetingen
Oordelen en elkaar niet begrijpen liggen in elke dialoog wel degelijk op de loer. Communicatie is namelijk van nature broos. Je weet nooit 100% hoe een ander wat jij zegt interpreteert. Communicatie gaat over bedoeling en effect.

WAT kun je doen!

  • Waarnemen is wat je altijd kan doen. Dat geeft ruimte en tijd. Leun eens achterover, haal diep adem en kijk waar jij (opnieuw) kan aansluiten. 
  • Positief aansluiten leidt tot positief contact.
  • Toevoegen kun je pas doen als er aansluiting is. Vaak vergeten we die stap. We willen iemand iets bieden: een tip, een oplossing, een idee. Deze komen echter pas aan bij die ander als die ervoor openstaat, als er aansluiting is met jou. Dus, sluit aan bij de ander en voeg nog niets vanuit jouw eigen perspectief toe. Verken wat de ander bezighoudt en kijk wanneer iemand openstaat om iets van jou te horen. Je kunt dit ook altijd inleiden met: kan ik er wat aan toevoegen? Wil je mijn idee horen?
visual-inbrengen en aansluiten

Hoe doe je dat in het Goede Gesprek?


Verbinden en uitnodigen

Bij de start van het Goede Gesprek kun je jouw doel voor het gesprek benoemen en vragen hoe dit aansluit bij wat je gesprekspartner voor ogen heeft. Hiermee ben je aan het verbinden en uitnodigen. De combinatie van delen en uitnodigen maakt dat de perspectieven van de ander én van jezelf er allebei toe doen.

Benoemen en begrijpen

Tijdens het gesprek deel je jouw overwegingen, licht je jouw verlangens toe, en benoem je waarden, behoeftes en belangen spelen voor jou. Ook verken je die van de ander. Je probeert oprecht het perspectief van de ander te begrijpen. Dit betekent niet dat je het ermee eens hoeft te zijn. Wanneer er wederzijds begrip is, kun je toewerken naar het verkennen van opties om jouw loopbaanwens een stap dichterbij te krijgen. 

Wat doe je niet?

Oordelen en direct springen naar een oplossing. Je laat zinnen als de volgende achterwege:

  • Ik ben het niet met je eens.
  • Dat is niet mijn punt.
  • Volgens mij is dit de oplossing.
  • Dat is geen goed idee.
  • Dat is nooit haalbaar.

Wat doe je wel?

Doorvragen en de verschillen waarderen
Bijvoorbeeld met vragen als:

  • voor mij is het belangrijk dat …. Wat is voor jou of de organisatie belangrijk?
  • Wat zou voor jou het verschil maken?
  • Hoe zie je dit passen bij mijn loopbaanwens?

Vragen naar achterliggende waarden en behoeften
Bijvoorbeeld door te vragen:

  • Wat betekent dit voor jou, ons team, de organisatie?
  • Dit speelt er bij mij mee, en bij jou?

Met open blik verkennen van opties
In het Goede Gesprek wil je allebei openstaan voor allerlei opties en zoek je naar gezamenlijk belangen om de opties te wegen en de haalbaarheid ervan in beeld te krijgen. Uiteindelijk is het aan jou om te kiezen waar je voor gaat, maar het vinden van gezamenlijke grond daarvoor is constructief en stimulerend voor de samenwerking.

Vragen die hierbij passen zijn:

  • Welke opties spreken jou het meeste aan? Waarom?
  • Deze optie spreekt mij aan, lijkt me haalbaar en past bij mijn situatie, omdat …
  • Welke kansen zie jij bij deze optie?
  • Als ik hiervoor kies, wanneer zou het dan voor jou/de organisatie oké zijn?

Opdracht (pdf)

Vervolg e-learning

Naar stap 3.2

Stappen in de e-learning het Goede Gesprek: